God stelde Zijn verbond met Abraham en beloofde Abraham talrijk te maken. God beloofde het land Kanaän aan Abraham en zijn zaad te geven en dat Hij hun God zou zijn. God zei tegen Abraham, dat Hij Zijn verbond met Abraham zou houden. Maar niet alleen met Abraham, maar ook met zijn zaad. Als teken van God’s verbond met Abraham, moest Abraham alles wat mannelijk was besnijden op de achtste dag.
Het verbond tussen God en Abraham
En God gaf Abraham het verbond der besnijdenis; en aldus verwekte hij Isaak en besneed hem op de achtste dag; en Isaak verwekte Jakob en Jakob de twaalf aartsvaders (Handelingen 7:8)
En Ik zal Mijn verbond oprichten tussen Mij en tussen u, en tussen uw zaad na u in hun geslachten, tot een eeuwig verbond, om u te zijn tot een God, en uw zaad na u. en Ik zal u, en uw zaad na u, het land uwer vreemdelingenschappen geven, het gehele land Kanaän, tot eeuwige bezitting; en Ik zal hun tot een God zijn. Voorts zeide God tot Abraham: Gij nu zult Mijn verbond houden, gij, en uw zaad na u, in hun geslachten.
Dit is Mijn verbond, dat gijlieden houden zult tussen Mij, en tussen u, en tussen uw zaad na u: dat al wat mannelijk is, u besneden worde. En gij zult het vlees uwer voorhuid besnijden; en dat zal een teken van het verbond tussen Mij en tussen u.
Een zoontje dan van acht dagen zal u besneden worden, al wat mannelijk is in uw geslachten: de ingeborene van het huis, en de gekochte met geld van allen vreemde, welke niet is van uw zaad; De ingeborene van uw huis en de gekochte met uw geld zal zekerlijk besneden worden; en Mijn verbond zal zijn in ulieder (uw) vlees, tot een eeuwig verbond. En wat mannelijk is, de voorhuid hebbende, wiens voorhuids vlees niet zal besneden worden, dezelve ziel zal uit haar volken uitgeroeid worden; hij heeft Mijn verbond gebroken (Genesis 17:7-14 sv)
De besnijdenis in het vlees op de achtste dag was het teken van het verbond
Al het mannelijk geslacht dat bij Abraham was, werd besneden, inclusief Ismaël. Maar God zei nadrukkelijk, dat God Zijn verbond met Isaäk zou oprichten in plaats van Ismaël. Isaäk was op dat moment nog niet geboren. Maar God wist, dat de belofte, die Hij eerder had gemaakt met Abraham nog steeds van kracht was. Ook al hadden Abraham en Sarah enkele twijfels, God hield Zich aan Zijn belofte. Ja, God hield Zich aan Zijn woord.
En zo werd Sarah zwanger en werd Isaäk geboren en op de achtste dag besneden. Vervolgens werd al het (mannelijk) nageslacht van Isaäk op de achtste dag besneden. Het maakte niet uit wat voor dag het was, ook al viel de achtste dag op de Sabbat of op een feestdag, het kind werd op de achtste dag besneden.
Een eeuwig verbond
Broeders, ik spreek op menselijke wijze: zelfs het testament van een mens, dat rechtskracht verkregen heeft – niemand kan het ongeldig maken of er iets aan toevoegen. Nu werden aan Abraham de beloften gedaan en aan zijn zaad. Hij zegt niet: en aan zijn zaden, in het meervoud, maar in het enkelvoud: en aan uw zaad, dat wil zeggen: aan Christus. Ik bedoel dit: de wet, die vierhonderd dertig jaar later is gekomen, maakt het testament, waaraan door God tevoren rechtskracht verleend was, niet ongeldig, zodat zij de belofte haar kracht zou doen verliezen. Immers, als de erfenis van de wet afhangt, dan niet van de belofte; en juist door een belofte heeft God aan Abraham Zijn gunst bewezen.
Waartoe dient dan de wet? Om de overtredingen te doen blijken is zij erbij gevoegd, totdat het zaad zou komen, waarop de belofte sloeg, en zij is op last van (God) door engelen in de hand van een middelaar gegeven. Een middelaar is niet (de vertegenwoordiger) van één; God echter is één.
Is de wet dan in strijd met de beloften (Gods)? Volstrekt niet! Want indien er een wet gegeven was, die levend kon maken, dan zou inderdaad uit een wet de gerechtigheid voortgekomen zijn.
Neen, de Schrift heeft alles besloten onder de zonde, opdat ten gevolge van het geloof in Jezus Chrisus de belofte het deel zou worden van hen, die geloven. Doch voordat dit geloof kwam, werden wij onder de wet in verzekerde bewaring gehouden met het oog op het geloof, dat geopenbaard zou worden.
De wet is dus een tuchtmeester voor ons geweest tot Christus, opdat wij uit geloof gerechtvaardigd zouden worden. Nu echter het geloof gekomen is, zijn wij niet meer onder de tuchtmeester. Want gij zijt allen zonen van God, door het geloof, in Christus Jezus. Want gij allen, die in Christus gedoopt zijt, hebt u met Christus bekleed. Hierbij is geen sprake van Jood of Griek, van slaaf of vrije, van mannelijk en vrouwelijk: gij allen zijt immers één in Christus Jezus. Indien gij nu van Christus zijt, dan zijt gij zaad van Abraham, en naar de belofte erfgenamen (Galaten 3:15-29)
God zei tot Abraham, dat het een eeuwig verbond tussen God en Abraham en zijn Zaad zou zijn. Het Zaad verwijst naar Jezus (Galaten 3:16).
God benoemde het Zaad, omdat in het Boek Genesis, God had geprofeteerd dat het Zaad van de vrouw de kop van de duivel zou vermorzelen.
Daarom beloofde God in Jeremia 31 een Nieuw Verbond, dat een beter verbond dan het Oude Verbond zou zijn (Lees ook: De kop van de duivel vermorzeld, doordat de hiel van Jezus werd vermorzeld).
Zie, er komen dagen, spreekt de Heere, dat Ik met het huis van Israël en met het huis van Juda een nieuw verbond zal sluiten, niet zoals het verbond dat Ik met hun vaderen gesloten heb op de dag dat Ik hun hand vastgreep om hen uit het land Egypte te leiden – Mijn verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ík hen getrouwd had, spreekt de Heere.
Voorzeker, dit is het verbond dat Ik na die dagen met het huis van Israël sluiten zal, spreekt de Heere: Ik zal Mijn wet in hun binnenste geven en zal die in hun hart schrijven.
Ik zal hun tot een God zijn en zíj zullen Mij tot een volk zijn.
Dan zullen zij niet meer eenieder zijn naaste en eenieder zijn broeder onderwijzen door te zeggen: Ken de Heere, want zij zullen Mij allen kennen, vanaf hun kleinste tot hun grootste toe, spreekt de Heere. Want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en aan hun zonde niet meer denken (Jeremia 31:31-34)
De belofte van het nieuwe verbond
God gaf de belofte, dat Hij een Nieuw Verbond zou sluiten. Dit Nieuwe Verbond zou niet alleen met het volk van Israël zijn, maar ook met het volk van Juda. Het zou een ander verbond worden. dan God met hun voorouders had gesloten.
God gaf in Jeremia 31 de belofte van het Nieuwe Verbond; het Nieuwe Verbond in Christus Jezus en de belofte van de Heilige Geest.
Door dit Nieuwe Verbond zou de mens opnieuw geboren worden in de geest, door het geloof in Jezus Christus en door de doop in water, het sterven van het vlees en de opstanding van de geest uit de dood, en de doop met de Heilige Geest.
Door dit Nieuwe Verbond zou het mogelijk worden om zonen van God te worden.
Het Oude Verbond tussen God en het nageslacht van Abraham en Isaäk, met als teken van dit verbond de besnijdenis, vond plaats op de achtste dag.
De achtste dag, de dag van het Nieuwe Verbond
Want door één offerande heeft Hij voor altijd hen volmaakt, die geheiligd worden. En ook de Heilige Geest geeft ons daarvan getuigenis, want nadat Hij gezegd had: Dit is het verbond, waarmede Ik Mij aan hen verbinden zal na die dagen, zegt de Heere: Ik zal Mijn wetten in hun harten leggen, en die ook in hun verstand schrijven, en hun zonden en ongerechtigheden zal Ik niet meer gedenken. Waar dan voor deze dingen vergeving bestaat, is er geen zondoffer meer (nodig). Daar wij dan, broeders, volle vrijmoedigheid bezitten om in te gaan in het heiligdom door het bloed van Jezus, langs de nieuwe en levende weg, die Hij ons ingewijd heeft, door het voorhangsel, dat is, Zijn vlees, en wij een grote Priester over het huis Gods hebben. Laten wij toetreden met een waarachtig hart, in volle verzekerdheid des geloofs, met een hart, dat door besprenging gezuiverd is van besef van kwaad, en met een lichaam, dat gewassen is met zuiver water (Hebreeën 10:14-22)
Op de achtste dag vond de opstanding uit de dood van Jezus Christus plaats. Het verlossingswerk was volbracht, het Oude Verbond was niet meer en als teken daarvan was het voorhangsel van de tempel van boven naar beneden in tweeën gescheurd op het moment dat Jezus Christus als Mens stierf aan het kruis. Het Nieuwe Verbond had het Oude Verbond vervangen en was op de achtste dag ingegaan.
Is dat niet bijzonder? Dat het Oude verbond, dat in stand werd gehouden op de achtste dag van ieders (mannelijk) leven, vervangen werd door het Nieuwe Verbond, dat de achtste dag inging toen Jezus Christus opstond uit de dood?
Het Nieuwe Verbond was niet alleen voor het Joodse volk bedoeld, maar ook voor de heidenen. Jezus had de weg geopend voor de wereld om verzoend te worden met God door het geloof en de wedergeboorte in Hem (o.a. Johannes 3:16).
Alleen door Jezus Christus en het geloof en de wedergeboorte in Hem, oftewel de besnijdenis in Hem, is het mogelijk om gered te worden en verzoend met- en tot God te komen, er is géén andere weg. Wat een genade! (Lees ook: ‘De besnijdenis in het Nieuwe Verbond’, ‘Wat betekent de besnijdenis in Christus?‘ en ‘Is er maar één weg naar het eeuwige leven?‘)
God wilde maar één ding en dat was een God voor Zijn volk zijn, maar God werd afgewezen door Zijn vleselijke volk Israël. Zijn volk Israël had zelf Zijn verbond verbroken en daarom moest er een Nieuw Verbond komen.
Het Nieuwe Verbond is een beter verbond
Nu echter heeft Hij een zoveel verhevener dienst verkregen, als Hij de Middelaar is van een beter verbond, waarvan de rechtskracht op betere beloften berust. Want indien dat eerste onberispelijk ware geweest, zou er geen plaats gezocht zijn voor een tweede. Want Hij berispt hen, als Hij zegt: Zie, er komen dagen, spreekt de Heere, dat Ik voor het huis Israëls en het huis Juda een Nieuw Verbond tot stand zal brengen, niet zoals het verbond, dat Ik met hun vaderen maakte ten dage, dat Ik hen bij de hand nam om hen uit het land Egypte te leiden, want zij hebben zich niet gehouden aan Mijn verbond en Ik heb Mij niet meer om hen bekommerd, spreekt de Heere.
Want dit is het verbond, waarmede Ik Mij verbinden zal aan het huis Israëls na die dagen, spreekt de Heere: Ik zal Mijn wetten in hun verstand leggen, en Ik zal die in hun harten schrijven, en Ik zal hun tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn. En niet langer zullen zij een ieder zijn medeburger, en een ieder zijn broeder leren, zeggende: Ken de Heere, want allen zullen zij Mij kennen, van de kleinste tot de grootste onder hen. Want Ik zal genadig zijn over hun ongerechtigheden en hun zonden zal Ik niet meer gedenken.
Als Hij spreekt van een Nieuw (Verbond), heeft Hij daarmede het eerste voor verouderd verklaard. En wat verouderd en verjaart, is niet ver van verdwijning (Hebreeën 8:6-13)
Dit Nieuwe Verbond is beter dan het Oude Verbond. God zou door één offer van Zijn Zoon Jezus Christus, afrekenen met de zonde en de dood, die heerschappij voeren in de gevallen mens.
God zou afrekenen met de zondige natuur, die aanwezig is in het vlees van gevallen mens oftewel de oude mens, door het sterven van het vlees (Lees ook: ‘Het verschil tussen de offers van dieren en het offer van Jezus Christus‘).
Door het bloed en de wedergeboorte in Christus en het sterven van het vlees en de opstanding van de geest uit de dood, zou God niet meer denken aan datgene wat men vroeger heeft gedaan, aangezien de oude mens (de gevallen mens), die onder de zonde is en dus een zondaar is, met al zijn zonde en ongerechtigheden door de wedergeboorte niet meer leeft, maar is gestorven in Christus (Lees ook: ‘Ben jij een zondaar?‘ en ‘‘Jezus herstelde de positie van de gevallen mens‘ en ‘De vrede, die Jezus herstelde tussen de gevallen mens en God‘)
De nieuwe mens was door de opstanding van de geest uit de dood geboren en God zou Zijn wet in het hart van de nieuwe mens leggen door de inwoning van de Heilige Geest. Is dat niet mooi?
Een ieder, die in Jezus Christus gelooft en Hem aanneemt als zijn Verlosser en zijn Heere zal gered worden van de eeuwige dood en zal het eeuwige leven ontvangen.
Het Nieuwe Verbond en de besnijdenis in Christus
In Hem zijt gij ook met een besnijdenis, die geen werk van mensenhanden is, besneden door het afleggen van het lichaam des vlezes, in de besnijdenis van Christus, daar gij met Hem begraven zijt in de doop (Kolossenzen 2:11-12)
Het Oude Verbond was voor de oude mens; de vleselijke mens, die geboren was uit Abraham, Isaäk en Jacob; Israël, en door de natuurlijke geboorte tot Israël behoorde en als teken daarvan was de besnijdenis in het vlees op de achtste dag. Maar doordat het Oude Verbond was verbroken door Gods volk, moest er een Nieuw Verbond, een beter verbond komen en die kwam. Het Nieuwe Verbond, waarvan Jezus Christus de Hogepriester en Middelaar is en bezegeld is met Zijn bloed en waar een ieder toegang tot kan krijgen door de wedergeboorte in Christus.
In het Nieuwe Verbond vindt er geen besnijdenis in het vlees plaats, aangezien het Nieuwe Verbond niet voor de oude (vleselijke) mens is, maar in het Nieuwe Verbond vindt de besnijdenis in Jezus Christus plaats.
Jij wordt besneden, doordat jij jouw leven als de oude mens oftewel jouw vlees aflegt en begraaft. Dit begraven doe jij in de vorm van de waterdoop (Lees ook: ‘Wat is de betekenis van de waterdoop?‘).
In de waterdoop leg jij jouw oude leven af en door de opstanding van de geest uit de dood, sta jij in een nieuw leven op. Vanaf dat moment ben jij een nieuwe schepping geworden en is jouw gevallen staat hersteld en leef jij in het Nieuwe Verbond, dat als eerste voor Gods vleselijke volk Israël was bedoeld en vervolgens voor de heidenen.
Vanaf dat moment, zul jij niet meer wandelen naar het vlees in het koninkrijk der duisternis en onder heerschappij van de duivel en de wereldgeesten in de macht van de zonde en de dood leven, maar jij zal in Christus vanuit het Koninkrijk van God, die jij door de wedergeboorte bent binnengegaan, leven naar de Geest en het Koninkrijk van God, waar Jezus Christus Koning is, vertegenwoordigen, verkondigen en brengen op aarde.
‘Wees het zout der aarde’
