De nieuwe mens is zichzelf tot wet

Iedereen, die wedergeboren is in Christus is een nieuwe schepping geworden en bezit Gods natuur. De wil van God, die verborgen lag voor de oude schepping, maar zichtbaar werd door de wet van Mozes, staat opgeschreven in het hart van de nieuwe mens. Hierdoor heeft de nieuwe mens de wet van Mozes niet meer nodig om rechtvaardig in de wil van God te wandelen. De nieuwe mens is zichzelf tot wet. De nieuwe mens zal door de vernieuwing van geest, hart en natuur, van nature de waarheid van God gehoorzamen en naar de Geest in de wil van God wandelen en daardoor de wet bevestigen (het morele gedeelte van de wet). Maar als de wet staat opgeschreven in het hart van de nieuwe mens, hoe komt het, dat zoveel mensen, die zich Christen noemen, blijven volharden in zonde en de dingen blijven doen en goedkeuren, die tegen de wil van God ingaan? 

De wet van Mozes was een tuchtmeester tot de komst van Christus

Waartoe dient dan de wet? Om de overtredingen te doen blijken is zij erbij gevoegd, totdat het Zaad zou komen, waarop de belofte sloeg, en zij is op last van (God) door engelen in de hand van een middelaar gegeven (Galaten 3:19)

Doch voordat dit geloof kwam, werden wij onder de wet in verzekerde bewaring gehouden met het oog op het geloof, dat geopenbaard zou worden. De wet is dus een tuchtmeester voor ons geweest tot Christus, opdat wij uit geloof gerechtvaardigd zouden worden (Galaten 3:23-24).

Na de uittocht uit Egypte maakte God Zichzelf, Zijn wil, Zijn gerechtigheid en Zijn heiligheid bekend door het geven van de wet aan Mozes, die God had aangesteld als Zijn vertegenwoordiger en leider van Zijn volk (o.a. Exodus 3:1-4:17).

De wet van Mozes was een tuchtmeester voor een ieder, die geboren zou worden uit het zaad van Israël (Jakob), tot de komst van de Messias; Jezus de Christus, de Zoon van de levende God. De wet van Mozes was bedoeld voor de oude schepping, waarin de zondige natuur regeert in het vlees

psalm 94-12 Welzalig de man die Heere vreest

De wet van Mozes openbaarde de zonde en ongerechtigheden en ging tegen de wil van het vlees in en rekende af met de zondige werken van het vlees.

Door de wet van Mozes te gehoorzamen, onderscheidde Gods volk zich van de andere heidense volken, die wandelde naar de wil, lusten en begeerten van het vlees in hoogmoed, zelfzucht, leugens, afgoderij, toverij, hoererij, overspel en onreinheid, en hield Gods volk in bewaring.

Maar aangezien de wet inging tegen de wil van het (zondige) vlees en er mensen waren onder Gods volk, die hun vlees liever hadden dan God, waren er ook rebellen onder Gods volk, voor wie de wet een belemmering en struikelblok was (Lees ook: Waarom schreef God Zijn wet op stenen tafelen? en Is Jezus een kostbare Hoeksteen of een Steen des aanstoots?). 

Zij vonden de wet van Mozes een zware last en weigerden om zich te onderwerpen aan God en Zijn geboden, rituelen en inzettingen te onderhouden.

Alhoewel zij door de natuurlijke geboorte en de besnijdenis in het vlees tot Gods volk behoorden en in Zijn verbond leefden, behoorden zij niet allemaal God toe en hadden Hem niet lief met heel hun hart, ziel, verstand en kracht, waardoor zij niet behouden werden en Gods rust niet binnengingen en hun erfenis niet ontvingen. 

Vanwege hun geklaag, gejammer en hun ongeloof, ongehoorzaamheid en rebellie jegens God, stierven zij onderweg in de woestijn en zijn nooit in het beloofde land aangekomen.

Jezus vertegenwoordigde de wil van de Vader en vervulde de wet

De wet en de profeten gaan tot Johannes; sinds die tijd wordt het evangelie gepredikt van het Koninkrijk Gods en ieder dringt zich erin. Gemakkelijker zouden hemel en aarde vergaan, dan dat er van de wet één tittel zou vallen. En ieder, die zijn vrouw wegzendt, en een andere trouwt, pleegt echtbreuk; en wie een vrouw, die door haar man weggezonden is, trouwt, pleegt echtbreuk (Lucas 16:16-18)

Meent niet, dat Ik gekomen ben om de wet of de profeten te ontbinden; Ik ben niet gekomen om te ontbinden, maar om te vervullen. Want voorwaar, Ik zeg u: Eer de hemel en de aarde vergaat, zal er niet één tittel vergaan van de wet, eer alles zal zijn geschied (Mattheüs 5:17-18)

God is heilig en rechtvaardig en kent geen aanzien des persoons en handelt naar Zijn wet; de wet van de Geest, die rechtvaardig en goed is.

bijbeltekst romeinen 7-12 wet heilig en gebod heilig rechtvaardig goed

God zond Zijn Zoon Jezus naar de aarde, die Zijn afspiegeling was en Zijn wil vertegenwoordigde.

Jezus was geboren uit het Zaad van God en de Eersteling van de nieuwe schepping en wandelde naar de Geest in de wil van God (Lees ook: Jezus is het beeld van de onzichtbare God, de Eersteling van de nieuwe schepping). 

Door Zijn woorden, die van de Vader afkomstig waren, en Zijn rechtvaardige wandel in gehoorzaamheid aan God, openbaarde Jezus de leugens van de duivel, die van het begin van de schepping de mens heeft weten te verleiden met zijn leugens en zo de mens heeft toegeëigend, en getuigde Jezus van de boze werken van de oude mens.

Alles wat in het duister was, bracht Jezus door Zijn woorden, werken en wandel aan het licht, waardoor Jezus niet altijd geliefd was bij de mensen om Hem heen, maar wel geliefd was bij de Vader. 

Want op het moment dat de Heilige Geest neerdaalde op Jezus (en ook later), kwam er een stem vanuit die Hemel die zei, Dit is Mijn geliefde Zoon, in Wie Ik Mijn welbehagen heb (o.a. Mattheüs 3:17; 12:18; 17:5, Marcus 1:11; 9:7, Lucas 3:22; 9:35, Johannes 12:28).

De wil van de Vader stond opgeschreven in het hart van Jezus

Jezus had Zijn leven volkomen overgegeven aan de Vader en deed niets buiten Zijn wil om.

De wil van de Vader stond opgeschreven in het hart van Jezus en was leidend. Al van jongs af aan was Jezus bezig met de dingen van Zijn Vader en deed Hij de wil van de Vader. En door Zijn wandel vervulde Jezus de wet en volbracht Zijn verlossingswerk voor de gevallen mens op aarde (Lees ook: Welke vrede bracht Jezus op aarde?).

Jezus overwon de duivel, de zonde en de dood

Jezus Christus, de Zoon van God, nam de plaats in van de gevallen mens aan het kruis en droeg de zonde van de wereld en de straf, die staat op de zonde, de dood, en kwam in het dodenrijk terecht, waar Jezus na 3 dagen als Overwinnaar opstond uit de dood en triomfeerde over al de overheden en machten (Lees ook: Wat deed Jezus in de hel?). 

Door het volmaakte offer van Jezus en Zijn bloed en opstanding uit de dood, kon er voor eens en voor altijd afgerekend worden met de zonde en de zondige natuur van de mens, die scheiding brengt tussen de mens en God, en kon de mens weer hersteld worden en verzoend worden met God.

Jezus was niet gekomen om de wet te ontbinden, maar om de wet te vervullen en een ieder, die uit God geboren is en een zoon van God is geworden (dit geldt voor zowel mannen en vrouwen) en Gods natuur heeft ontvangen zal de wet (het morele gedeelte van de wet, dat de wil van God vertegenwoordigt) door het geloof bevestigen (o.a. Romeinen 3:31).

De belofte van het Nieuwe Verbond

Zie, de dagen komen, luidt het woord des Heeren, dat Ik met het huis van Israël en het huis van Juda een nieuw verbond sluiten zal. Niet zoals het verbond, dat Ik met hun vaderen gesloten heb ten dage dat Ik hen bij de hand nam, om hen uit het land Egypte te leiden; Mijn Verbond, dat zij verbroken hebben, hoewel Ik Heer over hen ben, luidt het woord des Heeren. 

Maar dit is het verbond, dat Ik met het huis van Israël sluiten zal na deze dagen, luidt het woord des Heeren: Ik zal Mijn wet in hun binnenste leggen en die in hun hart schrijven, Ik zal hun tot een God zijn en zij zullen Mij tot een volk zijn. Dan zullen zij niet meer een ieder zijn naaste en een ieder zijn broeder leren: Kent de Heere: want zij allen zullen Mij kennen, van de kleinste tot de grootste onder hen, luidt het woord des Heeren, want Ik zal hun ongerechtigheid vergeven en hun zonde niet meer gedenken (Jeremia 31:31-34)

Ik zal hun één hart geven en een nieuwe geest in hun binnenste, en Ik zal het hart van steen uit hun lichaam verwijderen en hun een hart van vlees geven, opdat zij naar Mijn inzettingen zullen wandelen en naarstig Mijn verordeningen onderhouden; zij zullen Mij tot een volk en Ik zal hun tot een God zijn (Ezechiël 11:19-20)

Ik zal u weghalen uit de volken en u bijeenvergaderen uit alle landen, en Ik zal u brengen naar uw eigen land; Ik zal rein water over u sprengen, en gij zult rein worden; van al uw onreinheden en van al uw afgoden zal Ik u reinigen; een nieuw hart zal Ik u geven en een nieuwe geest in uw binnenste; het hart van steen zal Ik uit uw lichaam verwijderen en Ik zal u een hart van vlees geven. Mijn Geest zal Ik in uw binnenste geven en maken, dat gij naar Mijn inzettingen wandelt en naarstig Mijn verordeningen onderhoudt (Ezechiël 36:24-27)

Want door één offerande heeft Hij voor altijd hen volmaakt, die geheiligd worden. En ook de Heilige Geest geeft ons daarvan getuigenis, want nadat Hij gezegd had: Dit is het verbond, waarmede Ik Mij aan hen verbinden zal na die dagen, zegt de Heere: Ik zal Mijn wetten in hun harten leggen en die ook in hun verstand schrijven, en hun zonden en ongerechtigheden zal Ik niet meer gedenken (Hebreeën 10:14-17)

In het Oude Verbond gaf God de belofte van een Nieuwe Verbond (aangezien het huis van Israël en het huis van Juda Zijn Verbond hadden verbroken), waarin Hij door één offerande de mensen zou volmaken, die geheiligd worden (in Hem), en een nieuwe geest, Zijn Geest zou geven in hun binnenste en het hart van steen zou vervangen door een hart van vlees, waarin Zijn wet staat opgeschreven, waardoor zij naar Zijn inzettingen zouden wandelen en Zijn verordeningen zouden onderhouden en zij Zijn volk zouden zijn en Hij hun God zou zijn.

Deze belofte van God ging in vervulling op de dag van Pinksteren, toen ongeveer 120 discipelen van Jezus vervuld werden met de Heilige Geest en met andere tongen begonnen te spreken, zoals de Geest het hun gaf uit te spreken (Handelingen 2).

De oude mens was de nieuwe mens geworden en was niet meer vleselijk en bezat niet meer een hart van steen, maar was geestelijk geworden en had een nieuw hart van vlees ontvangen, waarin de wetten van God (wil van God) stond opgeschreven, waardoor zij de wil van God zouden doen en Zijn geboden zouden onderhouden (Lees ook: Waarom schreef God Zijn wet op stenen tafelen? en De geboden van God vs de geboden van Jezus). 

De wet staat opgeschreven in het hart van de nieuwe mens

Wanneer toch heidenen, die de wet niet hebben, van nature doen wat de wet gebiedt, dan zijn dezen, ofschoon zonder wet, zichzelf tot wet; immers, zij tonen, dat het werk der wet in hun harten geschreven is, terwijl hun geweten medegetuigt en hun gedachten elkander onderling aanklagen of ook verontschuldigen, ten dage, dat God het in de mensen verborgene oordeelt volgens mijn evangelie, door Christus Jezus (Romeinen 2:14-16)

Het heil kwam eerst tot degenen, die tot het huis Israëls behoorden en vervolgens kwam het heil tot de heidenen en ontvingen zij ook de mogelijkheid om door de genade en goedheid van God door het geloof in Jezus Christus en de wedergeboorte in Hem gered te worden en door Zijn bloed vergeving van zonde te ontvangen en verlost te worden van de macht van de duivel en overgeplaatst te worden vanuit de duisternis in het Koninkrijk van Gods geliefde Zoon en verzoend te worden met God en deel te krijgen aan Zijn Lichaam; Zijn Gemeente en de geestelijke goederen en als mede erfgenamen in eenheid met God in het Nieuwe Verbond te leven (o.a. Romeinen 15:27, Efeziërs 3:6-7, Kolossenzen 1:12-23). 

Door de inwoning van de Heilige Geest staat de wet, die de wil van God vertegenwoordigt, opgeschreven in het hart van de nieuwe mens, waardoor de nieuwe mens door het geloof in gehoorzaamheid aan het Woord zal wandelen in de wil van God.

De nieuwe mens is zichzelf tot wet 

De wet is dus een tuchtmeester voor ons geweest tot Christus, opdat wij uit geloof gerechtvaardigd zouden worden. Nu echter het geloof gekomen is, zijn wij niet meer onder de tuchtmeester. Want gij zijt allen zonen van God, door het geloof, in Christus Jezus. Want gij allen, die in Christus gedoopt zijt, hebt u met Christus bekleed. Hierbij is geen sprake van Jood of Griek, van slaaf of vrije, van mannelijk en vrouwelijk: gij allen zijt immers één in Christus Jezus (Galaten 3:24-28)

Door het geloof en de wedergeboorte in Christus is er géén verschil meer tussen de besnedenen in het vlees oftewel degenen, die uit het zaad van Israël geboren zijn en tot Gods verbondsvolk behoren en onder de wet van Mozes leven, en de onbesnedenen in het vlees oftewel de heidenen, die niet tot Gods verbondsvolk behoren en niet onder de wet leven. 

De wet van Mozes was voor de kinderen van Israël een tuchtmeester tot de komst van Jezus Christus, die hen van de wet bevrijdde door het geloof en de wedergeboorte in Hem. 

De heidenen zijn niet onder de wet geboren, maar zullen door de doop in Christus,  bekleed worden met Christus en door de vervulling en inwoning van de Heilige Geest de nieuwe mens worden en automatisch vanuit hun nieuwe hart, Geest en natuur de wil van God doen en daardoor de wet vervullen. Zij zijn zichzelf tot wet, niet omdat zij moeten, maar omdat zij het willen.

Want allen, die in Christus gedoopt zijn, zijn met Christus bekleed en een nieuwe schepping geworden en zijn één in Christus Jezus en behoren tot hetzelfde Lichaam en hebben dezelfde Heilige Geest ontvangen, waardoor de wetten staan opgeschreven in hun hart en zij állen God zullen liefhebben boven al en zullen wandelen in gehoorzaamheid in de wil van de Vader en de geboden van Jezus zullen onderhouden en Hem zullen eren en behagen en de Vader zullen verhogen.

Degenen, die de wet verwerpen, verwerpen de Heilige Geest

Als er mensen zijn, die zeggen dat zij geloven en wedergeboren zijn, maar niet de geboden van Jezus onderhouden en dus niet doen wat Hij zegt en niet wandelen overeenkomstig de wil van God, maar blijven volharden in zonde en blijven leven in rebellie naar Gods Woord in ongerechtigheid, dan getuigt het Woord, dat zij niet een nieuwe schepping zijn en God niet toebehoren en de Heilige Geest niet hebben, maar nog steeds de oude schepping zijn, die de overste van de wereld toebehoren en de geest van de wereld hebben en leven vanuit hun zondige rebelse en hoogmoedige natuur, aangezien zij compromissen met de wereld sluiten, de zonde goedkeuren en wandelen naar het vlees en de werken van het vlees blijven doen.

De liefde voor hun vlees is groter dan hun liefde voor Jezus, waardoor zij zich niet onderwerpen aan Christus en niet willen veranderen.

Vrijheid in Christus betekent niet verlossing van de wil van God (het morele gedeelte van de wet) en de geboden van Jezus, maar vrijheid in Christus betekent verlossing van de macht van duivel en de zonde en de dood, die regeren in het vlees. 

Het geloof is géén toevoeging op jouw oude leven en draait niet om het wekelijks bezoeken van een kerk en opvolgen van een reeks wetten, regels, inzettingen, feesten, etc. die de mens wordt opgelegd, maar het geloof is jouw leven geworden door een persoonlijke ontmoeting met Jezus Christus en de kruisiging van het vlees en de opstanding van de geest uit de dood in Hem en door de inwoning van de Heilige Geest, waardoor jij een nieuwe schepping bent geworden en als de nieuwe mens zult leven vanuit jouw nieuwe natuur (Gods natuur) en de wil van God zal doen, waardoor jij de wet zal bevestigen. 

‘Wees het zout der aarde’

You Might Also Like

    error: Content is protected !!