Zul je niet sterven als je blijft zondigen? Dat is wat veel Christenen geloven en zeggen, omdat hen is wijsgemaakt, dat het niet uitmaakt hoe je leeft, als je maar in Jezus gelooft. Maar komen deze woorden jou niet bekend voor? Doen deze woorden jou niet aan iemand denken, die exact hetzelfde zei en uiteindelijk gelogen bleek te hebben? Ik heb het over de duivel, die ook zei, dat de mens niet zou sterven als de mens tegen het gebod van God zou ingaan en dus zou zondigen, terwijl God had gezegd, dat de mens wél zou sterven als de mens ongehoorzaam zou worden aan Zijn gebod en van de vrucht van de verboden boom zou eten. De duivel wist de mens te misleiden met zijn leugen en te overtuigen dat het eten van de verboden vrucht geen kwaad kon en niet tot de dood zou leiden, maar juist goed voor de mens was om te eten, aangezien zij als God zouden worden. De duivel wist Adam en Eva te misleiden met zijn leugen en weet nog steeds veel Christenen te misleiden en te overtuigen met dezelfde leugen, dat wat kwaad is om te doen en tegen de wil van God ingaat en tot de dood leidt, geen kwaad kan en geen consequenties heeft. Maar wat zegt de Bijbel over zondigen in het Nieuwe Verbond? Zul je niet sterven als je blijft wandelen naar het vlees in zonde?
God maakt de mens niet bang, maar openbaart de waarheid en waarschuwt de mens uit liefde
Vanaf het begin van de schepping heeft God de waarheid gesproken en de mens bekend gemaakt met de waarheid en gewaarschuwd en op de hoogte gesteld van Zijn plannen. Dat deed God toen en dat doet God nog steeds.
God spreekt en openbaart nog steeds de waarheid en waarschuwt de mens door Zijn Woord en de Heilige Geest.
Maar de mens beslist zelf om naar de woorden van God te luisteren en de woorden en geboden van God te geloven en te gehoorzamen of niet.
Een wijs mens, die een vreze voor God heeft, zal naar de woorden van God luisteren en deze aannemen, geloven, gehoorzamen en doen. Een dwaas mens zal misschien luisteren naar de woorden van God, maar zal Zijn woorden niet geloven en zal daarom ook niet Zijn woorden gehoorzamen en Zijn geboden doen, maar verwerpen (o.a. Psalm 14; 53, Spreuken 1:5, 10:8, 23; 14:16, Lucas 6:43-49, Johannes 12:48 (Lees ook: De hoorders vs de doeners en Jezus, verworpen uit de kerk))
De waarschuwing van God aan de mens
God had een hof geplant in het oosten van Eden en plaatste de mens, die Hij geformeerd had, in de hof van Eden. God had allerlei geboomte uit de aardbodem doen opschieten, die begeerlijk waren om te zien en goed om van te eten. In het midden van de hof stonden zowel de boom des leven als de boom der kennis van goed en kwaad.
God zegende de mens en zei tot hen, Weest vruchtbaar en wordt talrijk; vervult de aarde en onderwerp haar, heers over de vissen der zee en over het gevogelte des hemels en over al the gedierte, dat op aarde kruipt (Genesis 1:28).
En zo had God de mens aangesteld op aarde en heerschappij gegeven over de aarde en al wat daarin is.
God had aan de mens de verantwoordelijk gegeven om de hof van Eden te bewerken en te bewaren en legde de mens daarbij een gebod op.
De mens mocht van alle bomen eten, behalve van de boom der kennis van goed en kwaad. Want als de mens de vrucht van de boom der kennis van goed en kwaad zou eten, dan zou de mens voorzeker sterven.
God stelde de mens ervan in kennis, wat er zou gebeuren als de mens Zijn gebod zou overtreden. Door de mens hiervan in kennis te stellen, werd de mens niet bang gemaakt door God, maar werd de mens gewaarschuwd door God uit liefde.
De mens hield zich aan Gods gebod, dat goed was en het leven in zich droeg, en wandelde met God, totdat de slang de vrouw benaderde (Genesis 2).
De slang was het listigste dier onder alle dieren
De slang, die geschapen was door de Heere God, was onder de heerschappij van de mens gesteld, aangezien God de heerschappij over de aarde en over al het gedierte aan de mens had gegeven.
De slang was het listigste dier van alle dieren. Daarom kon de duivel de slang zo goed gebruiken om tot zijn doel te komen en de plaats van God in te nemen en de heerschappij van de mens over de aarde zich toe te eigenen, zodat de duivel de god van de mens en de overste van de aarde zou worden.
De duivel had natuurlijk gehoord wat God had gesproken tot de mens en wist dat Zijn woorden de waarheid waren. Ook zag hij de relatie tussen God en de mens en de wandel van de mens met God en de gehoorzaamheid van de mens aan God en Zijn woorden.
De duivel bedacht een plan, om de mens op een sluwe wijze te verleiden tot zonde en ervoor te zorgen, dat de mens zijn woorden zou geloven en de mens datgene zou doen, wat God verboden had om te doen.
De slang trok de woorden van God in twijfel
Zoals God vaak de mens benadert met een vraag, zo benaderde de slang ook de mens met een vraag. De slang zei tot de vrouw, God heeft zeker wel gezegd: Gij zult niet eten van enige boom in de hof?
De vrouw antwoordde de slang en zei, van de vrucht van het geboomte in de hof mogen wij eten, maar van de vrucht van de boom, die in het midden van de hof staat, heeft God gezegd, Gij zult daarvan niet eten noch die aanraken; anders zult gij sterven.
De slang wist dat de woorden van God de waarheid waren, maar hij probeerde de vrouw te overtuigen dat de woorden van God leugens waren.
En dat deed hij door zijn vraagstelling en de woorden van God op een subtiele manier te verdraaien tot een leugen door een gedeeltelijke waarheid van God te mengen met zijn leugen en met zijn leugen de lust en begeerte in de mens op te wekken, door datgene wat verboden was door God begeerlijk te maken.
En zo probeerde hij bij de vrouw de woorden van God in twijfel te trekken en de mens nieuwsgierig te maken en te betoveren met zijn bedrieglijke woorden en mooie belofte, dat de mens als God zou zijn, kennende goed en kwaad en dus verstandig en zelfstandig zou zijn.
Door hoogmoed en deze lust en begeerte om te worden als God was de duivel immers zelf gevallen van zijn positie, dus hij wist, dat dit de ‘formule’ was, om de mens te verleiden en doen geloven in zijn woorden, die in werkelijkheid de dood in zich droegen, aangezien zijn woorden tot de dood van de mens leidden.
“Gij zult geenszins sterven”
De slang zei, Gij zult geenszins sterven, maar God weet, dat ten dage, dat gij daarvan eet, uw ogen geopend zullen worden, en gij als God zult zijn, kennende goed en kwaad.
De slang deed de mens overtuigen, dat hij de waarheid sprak en dat hij diegene was, die het goede met de mens voor had, en niet God.
Met zijn leugens plaatste hij God in een kwaad daglicht, door indirect te zeggen, dat God niet de hele waarheid had gesproken, maar deze had achterhouden voor de mens en niet het beste met de mens voor had.
Terwijl juist God Degene was (en is), die het beste met de mens voor had en gedachten van vrede had en niet van onheil om de mens een hoopvolle toekomst te geven, in tegenstelling tot de duivel, die het slechtste met de mens voor had en gedachten van onheil had en boze plannen had gesmeed, die tot de vernietiging van de mens zou leiden.
De boom der kennis van goed en kwaad, die de verboden vrucht en de dood in zich droeg, werd begeerlijk voor de mens
Door de woorden van de slang veranderde de zienswijze van de mens. Zij begon de boom ineens vanuit een heel ander perspectief te zien, dan voorheen, toen zij alleen de woorden van God had gehoord en geloofde en het gebod van God gehoorzaamde.
De boom der kennis van goed en kwaad, die de verboden vrucht en de dood in zich droeg, werd niet meer als kwaad en verboden en een gevaar voor de mens gezien, maar werd ineens begeerlijk voor de mens, omdat zij volgens de woorden van de duivel, daardoor verstandig en net als God zou worden. Zij zag dat de boom goed was om van te eten en dat hij een lust was voor de ogen.
De vrouw begon te twijfelen aan de woorden van God, waardoor de mens zou leven, en begon de woorden van de slang, die tot de dood zouden leiden, te geloven, waardoor datgene wat God verboden had, ineens goed leek om te doen.
Door het geloof in de woorden van de duivel, deden de vrouw en haar man wat God verboden had om te doen (uit liefde en ter bescherming voor de mens).
De vrouw nam van de vrucht en gaf ook aan haar man, die bij haar was en niet ingreep, maar zich ook liet verleiden tot zonde en dus ongehoorzaamheid werd aan God, en at van de verboden vrucht, waardoor zij inderdaad kennis kregen van goed en kwaad, maar leidde tot de dood, zoals God hen had voorzegt en waarvoor Hij hen had gewaarschuwd.
In plaats dat zij als God werden, zoals de mens zich dat had voorgesteld, viel de mens van zijn positie en verloor de heerschappij op aarde aan de duivel en kwam beneden de engelen te staan en werd een slaaf van de duivel en de zonde en de dood. De geest in de mens stierf, waardoor de relatie tussen God en de mens werd verbroken.
En zo had de duivel de overwinning behaald en werd hij de god van de gevallen mens en de overste van de aarde, door de mens te doen twijfelen aan de woorden van God en te overtuigen van zijn leugen, die de begeerte in de mens opwekte en leidde tot ongehoorzaamheid aan God (zonde).
De ware natuur van de duivel werd onthuld
De duivel onthulde zijn ware natuur in de hof van Eden en betoonde dat hij een leugenaar, een dief, een moordenaar en een verdelger is en niets is vanaf die tijd veranderd.
De duivel is nog steeds een leugenaar, een dief, een moordenaar en een verdelger en hij gaat nog steeds rond als een briezende leeuw, zoekende wie hij kan verslinden (o.a. Johannes 10:10, 1 Petrus 5:8).
Hij doet nog steeds de mensen, inclusief veel Christenen, in zijn woorden geloven. Omdat de duivel spreekt wat de vleselijke mens wil horen en geeft wat de vleselijke mens wil en denkt nodig te hebben.
De duivel is een meester in bedrog en het inspelen op de gevoelens, behoeften, lusten en begeerten van de vleselijke mens. Hij lijkt zo humaan en liefdevol, terwijl hij ondertussen de mens bedriegt en vernietigt en de mens tot de eeuwige dood leidt.
En aangezien de handelswijze van de duivel nog steeds werkt en de mensen nog steeds in zijn woorden oftewel in zijn leugens geloven en zich nog steeds laten misleiden door hem en verleiden tot zonde, waarom zou de duivel dan zijn tactiek veranderen? Waarom moet je iets veranderen als iets werkt?
De leugen, die de slang in de hof van Eden gebruikte werkt nog steeds
Het Woord is duidelijk omtrent de liefde voor de wereld, het wandelen naar het vlees en de vrucht van het vlees oftewel de werken van het vlees (de zonde) en waarschuwt de mens nog steeds en roept de mens nog steeds op tot bekering en het wegdoen van zonde, niet om de mensen bang te maken (zoals de duivel doet geloven) maar uit liefde voor de mens en ter bescherming van de mens en om de mens een hoopvolle toekomst en het eeuwige leven te geven.
Maar de meeste mensen zijn niet wedergeboren in Christus en zijn geen zonen van God (dit geldt voor zowel mannen als vrouwen), maar zijn nog steeds zonen van de duivel (dit geldt voor zowel mannen als vrouwen), die de zondige natuur bezitten en blijven luisteren naar hun vader, de duivel (de vader van de gevallen mens) en geloven in zijn woorden, waardoor zij in hoogmoed wandelen naar het vlees in rebellie aan God, als vijanden van God en Zijn Woord.
Want zowel profeet, als priester plegen heiligschennis, zelfs in Mijn huis heb Ik hun boosheid gevonden, luidt het woord des Heeren. Daarom zal hun weg voor hen worden als glibberige plaatsen in de duisternis, zij zullen daar verdwalen en vallen. Want Ik zal rampspoed over hen brengen in het jaar van hun bezoeking, luidt het woord des Heeren (Jeremia 23:11-12)
En de wedergeboren Christenen, die wel wandelen naar het Woord en de Geest, probeert hij op een subtiele manier lauw, ongehoorzaam en afvallig van God te maken, door de leugens van valse profeten en valse leraars en de wolven in schaapskleding, die in de kerk zitten en/of als voorgangers of oudsten in de kerken zijn aangesteld (Lees ook: De wolven in schaapskleding die een ravage aanrichten in de kerk).
Want net zoals de duivel de slang, die het listigste dier onder alle dieren was, uitkoos en gebruikte om tot zijn doel te komen, zo gebruikt de duivel nog steeds listige vleselijke mensen, die hoogmoedig en opgeblazen zijn door hun vleselijke kennis en vol zijn van zichzelf en vertrouwen op hun (natuurlijke) wijsheid en vaardigheden en hun eigen woorden spreken en zichzelf verheffen en zich beter voelen dan de rest, om tot zijn doel te komen.
Zoals hij in de hof van Eden de woorden van God in twijfel trok door zijn vraagstelling en door de waarheid van God te veranderen in een leugen, zo liegt hij nog steeds en doet de mens twijfelen aan de woorden van God en doet de mens ongehoorzaam worden aan de woorden van God.
En veel Christenen, die geestelijk blind zijn en naar het vlees wandelen, geloven nog steeds zijn woorden en trappen nog steeds in zijn vrome leugens, die leiden tot vernietiging en de eeuwige dood van de mens
Zul je niet sterven als je blijft zondigen?
Laat dan de zonde niet langer als koning heersen in uw sterfelijk lichaam, zodat gij aan zijn begeerten zoudt gehoorzamen, en stelt uw leden niet langer als wapenen der ongerechtigheid ten dienste van de zonde, maar stelt u ten dienste van God, als mensen, die dood zijn geweest, maar thans leven, en stelt uw leden als wapenen der gerechtigheid ten dienste van God. Immers, de zonde zal over u geen heerschappij voeren, want gij zijt niet onder de wet, maar onder de genade (Romeinen 6:12-14)
Want de gezindheid van het vlees is de dood, maar de gezindheid van de Geest is leven en vrede. Daarom dat de gezindheid van het vlees vijandschap is tegen God; want het onderwerpt zich niet aan de wet Gods; trouwens, het kan dat ook niet; zij, die in het vlees zijn, kunne Gode niet behagen (Romeinen 8:6-8)
De nacht is ver gevorderd, de dag is nabij. Laten wij dan de werken der duisternis afleggen en aandoen de wapenen des lichts! Laten wij, als bij lichte dag, eerbaar wandelen, niet in brasserijen en drinkgelagen, niet in wellust en losbandigheid, niet in twist en nijd! Maar doet de Heere Jezus Christus aan en wijdt geen zorg aan het vlees, zodat begeerten worden opgewekt (Romeinen 13:12-14)
Maar gij geheel anders: gij hebt Christus leren kennen. Gij toch hebt van Hem gehoord en zijt in Hem onderwezen, gelijk dit de waarheid is in Jezus, dat gij, wat uw vroegere wandel betreft, de oude mens aflegt, die ten verderve gaat, naar zijn misleidende begeerten, dat gij verjongd wordt door de geest van uw denken en de nieuwe mens aandoet, die naar de wil van God geschapen is in waarachtige gerechtigheid en heiligheid (Efeziërs 4:20-24)
Doodt dan de leden, die op de aarde zijn: hoererij, onreinheid, hartstocht, boze begeerte en de hebzucht, die niet anders is dan afgoderij, om welke dingen de toorn Gods komt. Daarin hebt ook gij eertijds gewandeld, toen gij erin leefdet. Maar thans moet ook gij dit alles wegdoen: toorn, heftigheid, kwaadaardigheid, laster en vuile taal uit uw mond. Liegt niet meer tegen elkander, daar gij de oude mens met zijn praktijken afgelegd, en de nieuwe aangedaan hebt, die vernieuwd wordt tot volle kennis naar het beeld van zijn Schepper: waarbij geen onderscheid is tussen Griek en Jood, besneden of onbesneden, barbaar en Skyth, slaaf en vrije, maar alles en in allen is Christus (Kolossenzen 3:5-11)
Het Woord zegt, dat je de oude mens moet afleggen. Dit is geen keuze, dit is een gebod voor diegenen, die wedergeboren zijn in Christus en zonen van God zijn geworden. Aangezien de werken van de oude mens, de zonde, tot de dood leidt en niet tot het eeuwige leven.
Het Woord legt de verantwoordelijkheid en de schuld (als de mens weigert om de woorden van God te gehoorzamen en weigert om de werken van de oude mens af te leggen) bij de mens neer, aangezien God alles aan de mens heeft gegeven en de mens geen enkel excuus heeft om dit niet te doen.
God heeft alles aan de mens gegeven; Zijn woorden, Zijn Zoon; het Levende Woord en Zijn Heilige Geest, om verlost te worden van de macht van de duisternis en overgeplaatst te worden in het Koninkrijk van Zijn Zoon en een nieuwe schepping in Christus te worden en verzoend te worden met God en te heersen over de zonde en heilig en rechtvaardig als Zijn zoon naar de Geest in gehoorzaamheid aan Zijn Woord te wandelen op aarde.
De ware zonen van God geloven de woorden van de Vader en onderwerpen zich aan Zijn woorden en doen wat Jezus zegt en bewaren Zijn geboden en worden opgebouwd, hervormd, geïnstrueerd, gecorrigeerd en getuchtigd door het Woord.
De duivel doet de mens overtuigen dat zonde niet leidt tot de dood en doet de mens geloven, dat de mens er niets aan kan doen en legt nooit de verantwoordelijkheid en de schuld bij de mens neer, maar bij anderen. Daardoor heeft de mens een excuus om de oude mens te blijven en te blijven wandelen naar het vlees en te volharden in zonde.
De mens kan er nooit iets aan doen, het is altijd de schuld van iemand anders; God of een ander persoon.
En de mens gelooft de woorden van de duivel en handelt en leeft naar zijn woorden, waardoor de duivel de mens in gebondenheid; in een slachtofferrol houdt, en de mens een excuus heeft om niet te hoeven veranderen en de werken van het vlees te kunnen blijven doen en ongehoorzaam te blijven aan God en Zijn Woord en te wandelen in duisternis.
En de humanistische kerkgangers, voorgangers en oudsten, die de leugens van de duivel, het schepsel, geloven, in plaats van de waarheid van God, de Schepper, kiezen partij voor het slachtoffer (de zondaar, de rebel en overtreder van het Woord) en geven bijval aan de zonde, waardoor zij het kwade goedkeuren en als goed verkondigen en het goede als kwaad (Lees ook: Wat is een verwerpelijk denken?).
Kun jij er niets aan doen als jij zondigt?
Maar de wet is er bijgekomen, zodat de overtreding toenam: waar evenwel de zonde toenam, is de genade meer dan overvloedig geworden, opdat, gelijk de zonde als koning heerste in de dood, zo ook de genade zou heersen door rechtvaardigheid ten eeuwige leven door Jezus Christus, onze Heere. Wat zullen wij dan zeggen? Mogen wij bij de zonde blijven, opdat de genade toeneme? Volstrekt niet! Immers, hoe zullen wij, die der zonde gestorven zijn, daarin nog leven? (Romeinen 5:20-6:2)
Wat dan? Zullen wij zondigen, omdat wij niet onder de wet, maar onder de genade zijn? Volstrekt niet! Weet gij niet dat gij hem, in wiens dienst gij u stelt als slaven ter gehoorzaamheid, ook moet gehoorzamen als slaven, hetzij dan van de zonde tot de dood, hetzij van de gehoorzaamheid tot gerechtigheid. Maar Gode zij dank: gij wáárt slaven der zonde, doch gij zijt van harte gehoorzaam geworden aan die vorm van onderricht, die u overgeleverd is; en, vrijgemaakt van de zonde, zijt gij in dienst gekomen van de gerechtigheid (Romeinen 6:15-18)
De duivel komt met dezelfde vraag als in de hof van Eden, namelijk, Heeft God gezegd, …?
En vervolgens komt hij met dezelfde leugen als in de hof van Eden, namelijk, Jij zult niet sterven als je zondigt (volhardt in zonde), want …
- Jij bent niet meer onder de wet, maar onder de genade (Lees ook: Kun je onder de genade blijven zondigen?)
- Jij gelooft in Jezus en bent gered door Hem en daardoor ben jij voor altijd gered (Lees ook: Eens gered altijd gered?)
- Jij kunt er niets aan doen dat jij blijft zondigen, want jij bent een geboren zondaar en zal altijd een zondaar blijven (Lees ook: Eens een zondaar, altijd een zondaar?)
- Jij kunt er niet aan doen dat jij dit doet, jij leeft nou eenmaal in een gebroken wereld (Lees ook: Kun je de gebroken wereld als excuus gebruiken?)
- Jij kunt er niets aan doen dat jij zo bent, God heeft jou nou eenmaal zo gemaakt, jij bent zo geboren (Lees ook: De noodzaak van de wedergeboorte?)
- Jij kunt er niets aan doen, dat jij hetzelfde doet als jouw (voor)ouders jij leeft nou eenmaal onder een generatievloek (Lees ook: Bestaan generatievloeken?)
- Jij kunt er niets aan doen, dat jij liegt, het hoort nou eenmaal bij jouw cultuur (Lees ook: Elke cultuur valt weg in Christus)
- Jij kunt er niets aan doen, dat jij overspel hebt gepleegd, want het zit nou eenmaal in de familie
- Jij kunt er niets aan doen, dat jij overspel pleegt, het is de schuld van jouw partner, die jou niet heeft gegeven wat jij nodig had
- Jij kunt er niets aan doen, dat jij gevoelens hebt voor iemand van hetzelfde geslacht, jij bent nou eenmaal zo geboren. God heeft jou zo gemaakt en gewild (Lees ook: Wat zegt de Bijbel over homofilie?)
- Jij kunt er niets aan doen, dat jij wilt scheiden, jouw partner gelooft niet en doet niet wat jij wilt en/of vervult niet jouw behoeften (lichamelijk, mentaal, geestelijk (Lees ook: Mag een Christen scheiden?))
- Jij kunt er niets aan doen, dat jij masturbeert, jij bent nou eenmaal mens en hebt (seksuele) behoeften en als jij vrijgezel bent of als jouw partner in jouw behoefte niet meer kan voorzien, dan is daar helemaal niets mis mee (Lees ook: Is masturberen een zonde of niet?)
- Jij kunt er niets aan doen, dat jij steelt, jij verdient gewoon niet zoveel en zij zullen het toch niet missen
- Jij kunt er niets aan doen, dat jij fraudeert, jouw werkgever moet gewoon meer betalen, zij hebben toch genoeg geld
- Jij kunt er niets aan doen, dat jij belasting ontduikt, de belastingdienst moet gewoon niet zoveel en zulke hoge belastingen opleggen
- Jij kunt er niets aan doen dat jij je zo gedraagt of handelt, het is de schuld van jouw ouders. Zij zijn verantwoordelijk voor jouw gedrag en hadden …
De mens kan er volgens de duivel nooit iets aan doen en zal altijd inspelen op de wil, gevoelens, lusten en begeerten van het vlees van de (oude) mens en empathie tonen voor het vlees en daardoor woorden tot de mens spreken, die de oude mens wil horen en een vrijbrief geeft om de wil, gevoelens en de lusten en begeerten van het vlees te blijven doen en vervullen, zodat de oude vleselijke mens springlevend blijft en blijft volharden in zonde en de dood blijft regeren in de mens.
Een ieder, die de duivel toebehoort zal de zonde en de zondaar rechtvaardigen
Een ieder, die in Hem blijft zondigt niet; een ieder, die zondigt, heeft Hem niet gezien en heeft Hem niet gekend. Kinderkens, laat niemand u misleiden. Wie de rechtvaardigheid doet, is rechtvaardig, gelijk Hij rechtvaardig is; wie de zonde doet is uit de duivel, want de duivel zondigt van den beginne. Hiertoe is de Zoon van God geopenbaard, opdat Hij de werken des duivels verbreken zou.
Een ieder, die uit God geboren is, doet geen zonde; want het zaad (Gods) blijft in hem en hij kan niet zondigen, want hij is uit God geboren. Hieraan zijn de kinderen Gods en de kinderen des duivels kenbaar; een ieder, die de rechtvaardigheid niet doet, is niet uit God, evenmin als wie zijn broeder niet liefheeft (1 Johannes 3:6-10)
Diegenen, die de woorden van de duivel geloven en dezelfde dingen als de duivel zeggen, om de zonde en de zondaar te rechtvaardigen, behoren God niet toe en zijn niet uit Hem geboren en zijn niet Zijn zonen, maar zijn werkers van de ongerechtigheid, die de woorden van hun vader spreken en de werken van hun vader, de duivel, doen.
Het maakt niet uit of iemand zichzelf Christen of zelfs een apostel, profeet, evangelist, voorganger, bishop of wat dan ook noemt, een ieder, die gelooft in de leugen van de duivel en zegt, dat jij niet zult sterven als jij naar het vlees in ongehoorzaamheid aan de woorden van God in zonde leeft als vijand van God, maar zal leven, die behoren Christus niet toe en spreken niet Zijn woorden en houden zich niet aan Zijn geboden, maar behoren de duivel toe en staan in zijn dienst en spreken de woorden van de duivel en doen zijn werken (Lees ook: De werken van God vernietigen in plaats van de werken van de duivel).
Een zoon van God zal nooit de leugens van de duivel geloven en de zonde goedkeuren en bijval schenken aan de zonde en de zondaar, maar zal de leugens van de duivel ontmaskeren en weerleggen met de hele waarheid van God in plaats van een halve waarheid van God, en de zondaar oproepen tot bekering en het wegdoen van zonde, net als Jezus.
Een zoon van God weet, dat het loon van de zonde de dood is en net als zijn Vader wil hij niet, dat een mens verloren gaat, maar eeuwig leven hebben en roept daarom de mens, uit liefde, op tot bekering (Lees ook: Wat betekent het om jouw naaste lief te hebben als jezelf?)
Zul je leven als je leeft naar het vlees in zonde?
Derhalve, broeders, zijn wij schuldenaars, maar niet van het vlees, om naar het vlees te leven. Want indien gij naar het vlees leeft, zult gij sterven; maar indien gij door de Geest de werkingen des lichaams dood, zult gij leven. Want allen, die door de Geest Gods geleid worden, zijn zonen Gods (Romeinen 8:12-14)
Maar thans, vrijgemaakt van de zonde en in de dienst van God gekomen, hebt gij tot vrucht uw heiliging en als einde het eeuwige leven. Want het loon, dat de zonde geeft is de dood, maar de genade, die God schenkt, is het eeuwige leven in Christus Jezus, onze Heere (Romeinen 6:22-23)
Jezus antwoordde hun: Voorwaar, voorwaar, Ik zeg u, een ieder, die de zonde doet, is een slaaf der zonde (Johannes 8:34)
De woorden van God zijn geest en leven en de woorden van de duivel zijn vlees en dood.
Door het geloof in de woorden van de slang, werd de mens ongehoorzaam aan de woorden en het gebod van God en at van de verboden vrucht, die de dood in zich droeg, waardoor de dood in de mens voer en de geest in de mens stierf en gescheiden werd van God en de dood regeerde in de gevallen mens, waardoor de gevallen mens (oude mens) de vrucht van de dood, de zonde, zou dragen en op de aangewezen tijd zou sterven en de aarde zou verlaten en het dodenrijk zou binnenging.
Dit bewees, dat God de waarheid had gesproken en de duivel had gelogen.
De duivel gebruikt nog steeds dezelfde leugen en probeert jou te overtuigen en doen geloven, dat als jij ongehoorzaam bent aan de woorden van God en Zijn geboden niet bewaart, maar datgene doet wat God verboden heeft om te doen en dus zondigt, jij niet zult sterven, maar zult leven.
En nu is het aan jou, om de woorden van God, de woorden van Jezus, te geloven en op te volgen in jouw leven en Zijn geboden te gehoorzamen en je te bekeren en wedergeboren te worden en de werken van de oude mens af te leggen en de nieuwe mens aan te doen of om de woorden van de duivel te geloven, dat jij kunt leven zoals jij zelf wilt en mag blijven zondigen en jij niet zult sterven, maar zult leven.
‘Wees het zout der aarde’
