Wat je zaait zul je oogsten

Het vlees en de Geest staan lijnrecht tegenover elkaar. Het begeren van het vlees gaat in tegen de Geest en dat van de Geest gaat in tegen het vlees. Zij gaan niet samen en zullen nooit samen gaan. En zo zaait een mens in het vlees of in de Geest en wat de mens oogst zal het resultaat zijn, waarin de mens heeft gezaaid. Want wat je zaait zul je oogsten.

De werken van het vlees 

Want zij, die naar het vlees zijn, hebben de gezindheid van het vlees, en zij , die naar de Geest zijn, hebben de gezindheid van de Geest. Want de gezindheid van het vlees is de dood, maar de gezindheid van de Geest is leven en vrede. Daarom dat de gezindheid van het vlees vijandschap is tegen God; want het onderwerpt zich niet aan de wet Gods; trouwens, het kan dat ook niet: zij, die in het vlees zijn, kunnen God niet behagen (Romeinen 8:5-8)

Iemand, die vleselijk is, heeft de gezindheid van het vlees en wandelt naar het vlees. Zolang een mens naar het vlees wandelt zal de mens zich laten leiden door het vlees en de werken van het vlees doen, die voortkomen uit de zondige natuur van het vlees en tegen de wil van God ingaan. Want het vlees wil en zal zich niet onderwerpen aan God en Zijn geboden. Daarom kunnen zij, die de oude schepping zijn en in het vlees zijn, God niet behagen.

De werken van het vlees, die voortkomen uit de zondige natuur zijn o.a.: 

  • Overspel (geslachtsgemeenschap tussen een getrouwd persoon en een persoon, die niet zijn of haar vrouw of man is)
  • Hoererij (seksuele onreinheden inclusief overspel, echtbreuk, incest, ontucht, losbandigheid, sex voor het huwelijk, homoseksualiteit)
  • Onreinheid (zowel lichamelijke (seksuele) onreinheid als morele onreinheid)
  • Hartstocht (lust, zondige begeerte, buitensporige genegenheid)
  • Boze begeerte (slechte/kwade begeerte of lust)
  • Hebzucht (gierigheid, begerigheid)
  • Zelfzucht (egoïsme, eigenbelang)
  • Uitbarstingen van toorn (gewelddadige drift,  wraak, woede, grote boosheid)
  • Heftigheid (woestheid, verontwaardiging)
  • Kwaadaardigheid (geneigd tot het slechte, slechtheid, kwaad, zondigheid)
  • Laster (Godslastering, spot, hoon, kwaadsprekerij)
  • Vuile taal (obscene taal, vloeken)
  • Liegen (onwaarheden spreken of proberen te misleiden door valsheid)
  • Losbandigheid (niet aan morele regels en voorschriften houden, aanstootgevend, zedeloos, bandeloos, lichtvaardig, liederlijk, ongeregeld, slordig, brutaal, ongedisciplineerd, tuchteloos)
  • Afgoderij (verering van afgoden, idolatrie)
  • Toverij (hekserij, gebruik van tovenarij of magie, gebruik van spreuken en het aanroepen van geesten, communicatie met de duivel of met een bekende, een onweerstaanbare invloed of fascinatie (betovering))
  • Veten (vijandschap, haat)
  • Twist (geschil, ruzie, verdeeldheid)
  • Afgunst (jaloezie)
  • Tweedracht (onenigheid, breuk)
  • Partijschappen (verdeeldheid)
  • Nijd (bittere jaloezie, afgunst)
  • Moord
  • Dronkenschap 
  • Brasserijen (overmatig lekker eten en drinken, feesten)

Diegenen, die de werken van het vlees doen, zullen het Koninkrijk van God niet beërven

Het is duidelijk wat de werken van het vlees zijn: hoererij, onreinheid, losbandigheid, afgoderij, toverij, veten, twist, afgunst, uitbarstingen van toorn, zelfzucht, tweedracht, partijschappen, nijd, moord, dronkenschap, brasserijen en dergelijke, waarvoor ik u waarschuw, zoals ik u gewaarschuwd heb, dat wie dergelijke dingen bedrijven, het Koninkrijk Gods niet zullen beërven (Galaten 5:19-22)

Of weet gij niet, dat onrechtvaardigen het Koninkrijk Gods niet beërven zullen? Dwaalt niet! Hoereerders, afgodendienaars, overspelers, schandjongens, knapenschenders, dieven, geldgierigen, dronkaards, lasteraars of oplichters, zullen het Koninkrijk Gods niet beërven (1 Korintiërs 6:9-10)

Het Woord zegt, dat diegenen, die de werken van het vlees doen, het Koninkrijk Gods niet zullen beërven.

gezindheid van het vlees, vijandschap met GodAls in de gemeente deze dingen voortkomen onder de gelovigen, inclusief de leiders van de gemeente, dan bewijst dit dat de gemeente (verzameling van gelovigen) vleselijk is en de wereld (het koninkrijk der duisternis) toebehoort en niet geestelijk is en God en Zijn Koninkrijk toebehoort. 

Het gebouw en interieur van de gemeente kunnen er nog zo mooi uitzien en de verlichting met gekleurde lichteffecten, zang en muziek van de gemeente kunnen een beleving creëren, die de gemoedstoestand van de bezoekers beïnvloeden en hen naar hogere sferen leiden en zij kippenvel en prettige gevoelens en emoties ervaren, maar dit bewijst niet dat de gemeente geestelijk is en dat Gods Geest aanwezig is.

Integendeel, het bewijst alleen, dat de gemeente vleselijk is en afhankelijk is van de techniek en audiovisuele middelen en zich laat leiden door haar zintuigen, gevoelens en emoties. Maar God is Geest en geen gevoel en beleving.

Iemand, die naar een concert of een club gaat, zal ook tijdelijk naar hogere sferen worden geleid door middel van o.a. dynamische verlichting met gekleurde lichteffecten, zang en opzwepende muziek en kippenvel en prettige gevoelens en emoties ervaren, maar daar is God en Zijn Geest niet aanwezig.

De tekenen en wonderen bewijzen niet dat iemand geestelijk is

Ook kunnen er in de gemeente (bovennatuurlijke) wonderen en tekenen plaatsvinden, maar de tekenen en wonderen bewijzen ook niet dat de gemeente geestelijk is. Vooral niet als er zonde in de gemeente plaatsvindt en wordt getolereerd.

De tekenen en wonderen kunnen vanuit de Geest voortkomen, maar ook vanuit de ziel van de mens, die aangestuurd wordt door het koninkrijk van de duisternis.

Er zijn vele mensen, die God niet kennen en niet wedergeboren zijn en daarom ongeestelijk zijn, maar toch  (bovennatuurlijke) tekenen en wonderen doen vanuit het vlees, door middel van natuurlijke technieken, methoden, rituelen, (hulp)middelen en invloed van boze geesten. Kijk maar om je heen, naar alle alternatieve genezers, oosterse filosofen, occultisten en kijk maar naar de tovenaars in Egypte, die tot op zekere hoogte dezelfde tekenen deden als God (Lees ook: ‘Moet je wedergeboren zijn om in het bovennatuurlijke te wandelen? en ‘Een technisch geloof‘).

De vrucht van de Geest

Er is geen veroordeling voor hen die in Christus Jezus zijn (die niet wandelen naar het vlees, maar naar de Geest). Want de wet van de Geest des levens heeft u in Christus Jezus vrijgemaakt van de wet van de zonde en de dood. Want wat de wet niet vermocht, omdat zij zwak was door het vlees – God heeft, door zijn eigen Zoon te zenden in een vlees, aan dat der zonde gelijk, en wel om de zonde, de zonde veroordeeld in het vlees, opdat de eis der wet vervuld zou worden in ons, die niet naar het vlees wandelen, doch naar de Geest (Romeinen 8:1-4)

Gij daarentegen zijt niet in het vlees, maar in de Geest, althans, indien de Geest Gods in u woont. Indien iemand echter de Geest van Christus niet heeft, die behoort Hem niet toe. Indien Christus in u is, dan is wel het lichaam dood vanwege de zonde, maar de geest is leven vanwege de gerechtigheid. En indien de Geest van Hem, die Jezus uit de doden heeft opgewekt, in u woont, dan zal Hij, die Christus Jezus uit de doden opgewekt heeft, ook uw sterfelijke lichamen levend maken door Zijn Geest, die in u woont (Romeinen 8:9-11)

Diegenen, die een nieuwe schepping in Christus zijn geworden en de Geest van God hebben, staan niet meer in dienst van de zondige natuur van het vlees, maar zij staan in dienst van de Geest. Zij hebben de Geest van God ontvangen en wandelen naar de Geest en zullen de vrucht van de Geest dragen. De vrucht van de Geest is:

  • Liefde (Goddelijke liefde i.p.v. wereldse liefde)
  • Blijdschap 
  • Vrede 
  • Lankmoedigheid 
  • Vriendelijkheid
  • Goedheid
  • Trouw (geloof)
  • Zachtmoedigheid 
  • Zelfbeheersing

Natuurlijk zijn er ook mensen, die niet wedergeboren zijn en vriendelijk, liefdevol, trouw, zachtmoedig, zelbeheerst en vredevol lijken. Maar het verschil tussen diegenen, die vleselijk zijn en diegenen, die wedergeboren en geestelijk zijn is dat, diegenen, die vleselijk zijn zich door het vlees laten leiden en niet door de Geest. 

Dat wil zeggen, zolang de omstandigheden en situaties naar hun wil gaan en zolang de mensen in hun omgeving doen wat zij willen, is er niets aan de hand en zijn zij blij, vriendelijk, liefdevol, vredevol, trouw en zelfbeheerst. Maar zodra de (natuurlijke) omstandigheden en situaties veranderen en deze niet naar hun wil gaan en/of de mensen in hun omgeving niet doen wat zij willen of verwachten of dat zij weerstand en/of vervolging ervaren, dan verdwijnen deze karaktereigenschappen als sneeuw voor de zon en komen er hele andere karaktereigenschappen tevoorschijn. 

Maar de vrucht van de Geest, die voortkomt uit de Geest en de Goddelijke natuur van de nieuwe mens is blijvend en is niet afhankelijk van situaties, omstandigheden, de omgeving en mensen (Lees ook: ‘De vrucht van de Geest’). 

Wat je zaait zul je oogsten

Derhalve broeders, zijn wij schuldenaars, maar niet van het vlees, om naar het vlees te leven. Want indien gij naar het vlees leeft, zult gij sterven; maar indien gij door de Geest de werkingen des lichaams doodt, zult gij leven (Romeinen 8:12-13)

Diegenen, die door het geloof en de wedergeboorte Christus toebehoren en een nieuwe schepping zijn geworden, worden niet geleid door de zondige natuur, die aanwezig is in het vlees en doen niet de dingen, die tegen de wil van God ingaan. 

Zij luisteren niet naar het vlees en de lusten van het vlees en zij doen niet de werken van het vlees, aangezien zij het vlees met haar hartstochten en begeerten in Christus hebben gekruisigd. 

Als je zaait in het vlees zul je verderf oogsten

Zolang een persoon de oude mens blijft en naar het vlees blijft wandelen en het vlees blijft voeden, zal de persoon de werken van het vlees blijven doen en een slaaf van de zonde zijn. De persoon zal zaaien in het vlees en verderf oogsten.

De oude mens, die naar het vlees wandelt, zal God niet behagen met zijn werken, maar zal God bedroeven.

Als je zaait in de Geest zul je eeuwig leven oogsten

Want allen, die door de Geest Gods geleid worden, zijn zonen Gods. Want gij hebt niet ontvangen een geest van slavernij om opnieuw te vrezen, maar gij hebt ontvangen de Geest van het zoonschap, door welke wij roepen: Abba, Vader. Die Geest getuigt met onze geest, dat wij kinderen Gods zijn. Zijn wij nu kinderen, dan zijn wij ook erfgenamen: erfgenamen van God, en medeërfgenamen van Christus; immers, indien wij delen in Zijn lijden, is dat om ook te delen in Zijn verheerlijking (Romeinen 8:14-17)

Maar diegenen, die God liefhebben en een nieuwe schepping zijn geworden zullen Zijn geboden onderhouden en zullen wandelen in Zijn wil naar de Geest in gehoorzaamheid aan het Woord en in de Geest zaaien. Zij zullen de vrucht van de Geest dragen en eeuwig leven oogsten.

‘Wees het zout der aarde’

Source: Strong’s concordance, Oxford dictionary, Merriam-Webster dictionary

You Might Also Like

    error: Content is protected !!