Heren, behandel uw slaven rechtvaardig en op gelijke wijze. U weet immers dat ook u een Heere hebt in de hemelen (Kolossenzen 4:1 hsv)
De omgang tussen de heren en hun slaven (dienaren)
In Kolossenzen 4:1, instrueerde Paulus de heren, dat zij hun slaven eerlijk en gelijkwaardig moesten behandelen. Zij hadden immers ook een Heere in de hemelen, die zij dienden en aan wie zij rekenschap moesten afleggen.
De heren behoorden integer te zijn. Zij behoorden niet op hun slaven neer te kijken, maar op een respectvolle manier met hen om te gaan en hen eerlijk en gelijk behandelen, zoals de Heere God met de Zijnen omgaat en hen eerlijk en gelijkwaardig behandelt.
In het Koninkrijk van God is er geen corruptie, belangenverstrengeling en vriendjespolitiek, zoals in veel bedrijven wél het geval is.
Werkgevers behoren hun werknemers eerlijk en gelijkwaardig te behandelen
Bij God is er geen aanzien des persoons, maar Hij behandelt al de Zijnen gelijkwaardig overeenkomstig Zijn Woord en Wet (van Zijn Koninkrijk (o.a. Handelingen 10:34, Romeinen 2:11-12).

God heeft geen lievelingetjes en trekt geen mensen voor. Hij legt de één geen zware lasten op en ontziet de ander. Hij ziet bij de één niet alles door de vingers en bestraft de ander voor dezelfde fout.
God is heilig en rechtvaardig en handelt daarom ook heilig en rechtvaardig.
De Heere is eerlijk en spreekt de waarheid en houdt zich aan Zijn beloften.
Werkgevers behoren ook hun werknemers rechtvaardig en gelijkwaardig te behandelen in plaats van hun werknemers vanuit hun persoonlijke voorkeur, relatie, gevoelens, en/of gemoedstoestand te behandelen.
Werkgevers behoren te allen tijden eerlijk te zijn en de waarheid te spreken en hun beloften na te komen.
Laten de werkgevers zich behoeden voor intimidatie, manipulatie en omkoping
God is de Allerhoogste en laat zich niet intimideren, manipuleren en/of omkopen door Zijn dienaren, in tegenstelling tot sommige werkgevers, die hier wel gevoelig voor zijn.
Er zijn werkgevers, die zich wél laten intimideren, manipuleren en/of omkopen door werknemers, waardoor zij niet iedereen gelijkwaardig behandelen en verdeeldheid creëeren onder werknemers op de werkvloer met betrekking tot de onderlinge relaties, de werkbelasting, promoties, het salaris en andere looncomponenten.
De werkgevers behoren hun leiderschapsrol niet te misbruiken
Werkgevers staan boven de werknemers. Zij zijn de bestuurders van een bedrijf en behoren leiding en instructies te geven aan hun werknemers en het beleid en regelgeving binnen het bedrijf te handhaven.
Maar alhoewel werkgevers boven de werknemers staan en zij leiding geven, mag hun rol geen aanleiding zijn voor machtsmisbruik.
Zij behoren integer met hun werknemers om te gaan, in plaats van hun werknemers te intimideren, chanteren, misbruiken en te gebruiken om hun vleselijke lusten en begeerten te bevredigen.
Als werkgevers met respect hun werknemers behandelen, zullen werknemers respect hebben voor hun werkgevers en hen gehoorzamen, als zij de Heere toebehoren.
‘Wees het zout der aarde’