Zijn ongerechtigheden vangen de goddeloze, in de strikken zijner zonde raakt hij vast. Hij sterft, omdat tucht hem ontbreekt, door zijn grote dwaasheid verdwaalt hij. (Spreuken 5:22-23)
De mens, wordt geboren in ongerechtigheid en zal daarom in ongerechtigheden wandelen. Doordat de mens in ongerechtigheden wandelt zal de mens door zijn ongerechtigheden gevangen worden en in de strik van zijn zonde vastraken.
Wie wandelt op de weg van de ongerechtigheid en wandelt in ongerechtigheden en zonden is een gevangene van de duivel.
Ieder mens als zondaar geboren
De mens is van nature een zondaar, want ieder mens wordt geboren in het vlees als zondaar. Alleen door de wedergeboorte in Christus is het mogelijk om opnieuw geboren te worden in de geest. Als de persoon zich identificeert met de dood van Jezus Christus, door de waterdoop en identificeert met Zijn opstanding, door de doop in de Heilige Geest, is de persoon een nieuwe schepping geworden in Jezus Christus. De persoon is geen zondaar meer, maar de persoon is een nieuwe schepping; nieuwe mens geworden, die geschapen is naar het evenbeeld van God.
De persoon is nu gezeten in Jezus Christus en heilig en rechtvaardig gemaakt. Doordat de persoon heilig en rechtvaardig is gemaakt, zal de persoon ook heilig en rechtvaardig wandelen naar de wil van God, op het pad van de rechtvaardigen.
Maar de mens, die blijft leven naar het vlees, zal blijven leven in zonde en ongerechtigheid. Hierdoor zal de persoon gevangen zitten in zijn vlees en in zijn zonde en daar niet meer uitkomen.
Tenzij de persoon zich bekeert. Maar als de persoon zich afkeert van het Woord van God en de tuchtiging van de Vader niet wil aannemen en zich niet bekeert van zijn boze wandel, dan zal de persoon blijven wandelen op het pad van de goddeloze, die tot de eeuwige dood leidt. Want al wie Jezus; het Woord verwerpt zal ook door het Woord verworpen worden.
De persoon, die Jezus; het Woord niet heeft aangenomen, is een dwaas voor God. Want deze persoon wandelt in zijn eigen wijsheid; de wijsheid van de wereld, wat een dwaasheid voor God is. Door deze wijsheid is hij/zij verdwaald en zal de weg naar het eeuwige leven niet vinden. Tenzij deze persoon zich bekeert van zijn/haar wandel, het Woord accepteert, wedergeboren wordt en gaat wandelen naar de Geest in heiligheid en gerechtigheid.
